Ons nichtje Sena, de eerstgeborene van mijn zusje, belandde drie weken geleden met hoofd- en buikpijnklachten in het ziekenhuis. Het begon onschuldig. Toen het een paar dagen aanhield en er meer klachten bijkwamen, namen haar ouders haar mee naar het ziekenhuis. Haar bloed werd gecheckt en toen de arts de uitslag onder ogen kreeg, werd hij lijkbleek en sloeg hij alarm. De diagnose was ”acute leukemie”. Afschuwelijker nieuws kun je je als ouders niet voorstellen. Geheel toevallig WhatsAppte ik mijn nichtje daags na haar opname, niet wetende dat ze op de leukemieafdeling van een ziekenhuis lag. Toen ik geen reactie kreeg appte ik mijn zwager. Mijn zus was net een paar dagen in het buitenland en ik vroeg hoe dat beviel. Hij appte dat het niet goed ging, omdat Sena in het ziekenhuis lag en mijn zus inmiddels was teruggevlogen. ”Alsof je het aanvoelde”, zei hij. Hij zei snikkend dat nu mijn zus er was, de familie ook op de hoogte gebracht kon worden en of ik dat wilde doen.
Mijn zus werkt en woont in İstanbul en de rest in Nederland. We zorgden meteen voor een hotline en verdeelden de taken om het stel niet te overladen met overbezorgde telefoontjes. Zij hadden immers al hun aandacht en energie nodig voor elkaar en hun dochter. De chemo sloeg pas de derde dag aan. Binnen een paar dagen reisden we af naar İstanbul en binnen een week waren we compleet. We bereidden ons voor op een lange en zware ziekteperiode en bedachten plannen om hen bij te staan. Chemokuur, doodziek, haaruitval; we zouden samen knokken. Samen zouden we deze ”k”-ziekte er onder krijgen. Ze was kerngezond, sportief en bloedmooi; wat een wrange woordspeling in deze context. Een superintelligent en voor Turkse begrippen lang meisje – had ze van haar vader – is ons in acht dagen ontvallen. Een jong mens, superlief en begaan met iedereen, is niet meer.
Wanhoop, onmacht, schok en onmetelijk veel verdriet. Familie uit Nederland en İstanbul, hun buren, vrienden, collega’s, vriendjes en vriendinnetjes, medescholieren van Sena, allen waren bijeen in het ziekenhuis. Het was bomvol en men liet ons gaan. In Turkije worden overledenen in principe binnen 24 uur begraven. In dit geval is er een dag langer gewacht met de begrafenis, omdat er nog meer vrienden en familie en zelfs collega’s van mijn zus uit Nederland, de Verenigde Staten en onze geboorteplaats zouden overkomen. Honderden mensen waren op de begrafenis. Gezien de snelheid, het aantal mensen ging het redelijk geolied en was het goed georganiseerd.
De Turkse overheid, in dit geval de gemeente (weer wat geleerd) ondersteunt de familie van overledenen – geheel kosteloos – met het ter beschikking stellen van een wassingruimte, begrafeniswagen, bussen voor vervoer als men daar gebruik van wil maken. We ondergingen alle Turkse (religieuze) rituelen en reden vervolgens in colonnes naar de begraafplaats. Verdwaasd, in shock en verdrietig, wie moet wie troosten? Vanuit mijn rolstoel hield ik (noodgedwongen) toezicht en zag dat mijn zus en zwager soms anderen troostten. Mijn zus zei later dat dat gek genoeg haar ook troost gaf.
Mijn zwager ondervindt ook troost dankzij religieuze gebeden en mijn zus met name door de wetenschap, zoals zij de psychiater noemt. Maar gelovigen en ongelovigen – iedereen gelooft – wíllen geloven dat zij nu een engel is. Terwijl wij nog in rouw zijn wordt er een aanslag gepleegd in Ankara en nog geen week daarna in İstanbul. In dezelfde straat waar mijn zus werkt en waar ik twee jaar geleden gefinisht ben na mijn fietsreis van Amsterdam naar İstanbul. Mijn zwager leest op zijn smartphone dat er ook kinderen van 15 zijn doodgegaan. Zijn dochter had daar kunnen lopen, zegt hij. Hij moet er niet aan denken dat zijn dochter door een aanslag door terroristen zou zijn omgekomen. Naast onmetelijk verdriet, zou hij verteerd worden door woede, haat en wraakgevoelens. Alle aanwezigen praten door elkaar en schudden het hoofd. We herdenken de oorlogsslachtoffers, de Syrische kinderen en bidden ook voor deze onschuldige burgers dat ze mogen rusten in vrede. Wij zijn nog steeds in vertwijfeling, ongeloof en zitten ook met veel vragen. Ook over leukemie. Maar nu even niet. Nu aandacht voor onze engel Sena. Moge zij in vrede rusten.