Flexitarisme

Mijn overtuiging voorgoed vegetariër te worden duurt net zolang als het kijken naar de foto van een schaap dat op het punt staat halal (lees onverdoofd) geslacht te worden. Het dier ligt op zijn rug, met een band op de borst vastgeklemd, kop gedwongen naar achteren om de hals goed bloot te leggen alvorens het door te snijden. Die blik in zijn ogen. Angst en stress. Ik herken die blik. Ik heb het gezien bij onze hond die we achterlieten bij de dierenarts. Maar die blik zag ik ook bij mijn kinderen wanneer zij zich in doodsangst aan mij vastklampten met de overtuiging dat mama ze zou beschermen.

Volgens consumptiesocioloog Hans Dagevos raakt minder vlees eten ingeburgerd. Datzelfde blijkt uit het onderzoek Vlees (voorals)nog vanzelfsprekend. De consumptie van vlees daalt licht maar het aantal vleesminderaars is flink toegenomen. Driekwart van de Nederlanders vindt het niet erg om minimaal een keer per week een warme maaltijd zonder vlees te eten. Er zijn meerdere oorzaken aan te wijzen voor de opkomst van dit zogenaamde flexitarisme: gezondheid, duurzaamheid en dierenwelzijn; net als praktische en financiële (te duur) oorzaken. Toch wordt vleesminderen niet als hip gezien, aldus Dagevos: “Slechts 13 procent van de mensen die wij ondervraagd hebben noemt zich flexitariër. Terwijl veel mensen die zich vleeseter noemen wel degelijk flexitariërgedrag vertonen. Dat biedt aanknopingspunten voor verandering.”

Onverdoofd slachten mag in Nederland. In een convenant is vastgelegd hoe het dierenwelzijn verbeterd kan worden; het dier mag niet langer dan veertig seconden na het toebrengen van de halssnede bij bewustzijn zijn. Als dat niet het geval is, moet de verplicht aanwezige dierenarts ingrijpen. Wie houdt toezicht, hoe, waar en wanneer? In elk abattoir staat een dierenarts toe te kijken bij iedere slacht? Hoeveel abattoirs kent Nederland en hoeveel dierenartsen? De regels zijn verscherpt, ja: op papier. Net als er regels zijn in de bio-industrie zeker. Miljoenen dieren knallen of ploffen in zes weken of zes maanden op ons bord. Er wordt gesold met ze alsof het dingen zijn. Bij leven hebben zij géén leven. De dood is voor deze dieren in feite een verlossing. Bij leven worden ze gemarteld maar een paar seconden voor hun dood eerst wel keurig verdoofd. Deskundigen zeggen dat bij onverdoofd slachten meer respect wordt getoond voor het individuele dier dan bij het fabrieksmatig slachten. Maar ook dan zijn de omstandigheden erbarmelijk. Ook daar moet het snel en aan de lopende band in slachterijen vol machines, lawaai, stress en bloedgeur.

Ik heb nog altijd warme herinneringen aan het schaap dat wij als kind mochten verzorgen om het een half jaar later huilend geslacht te zien worden. Dat beest heeft een kort maar relatief fijn leven geleefd. En smaakte heerlijk. En nu een extra flexitarisme-dag in huize Funda.

(Eerder verschenen in De Telegraaf vrijdag 8 juni 2012)

Deel Dit